Klimaatneutraal kaas maken in uitvoering
De productielijn van de CONO kaasmakerij bestaat uit de nieuwste en meest zuinige apparatuur. Maar er is meer nodig om klimaatneutraal kaas te maken. Bijvoorbeeld al die zuinige machines niet meer dan noodzakelijk laten draaien. Want elke kaas meer dan de vraag uit de markt, is ook verspilling.
Sinds 2020 is de kaasmakerij van CONO klimaatneutraal gecertificeerd volgens de Climate Neutral Certification standaard. Direct bij de nieuwbouw zijn al de meest efficiënte technieken toegepast. Met maar één doel: de beste kaas met zo min mogelijk middelen. “Geen verspilling van energie, maar ook niet van melk en andere grondstoffen. Gewoon in één keer goed”, zegt Harco de Jager, managing director Operations. En hoewel CONO alles weet van kaas maken, zijn ook alle bouwpartners uitgedaagd om innovatieve oplossingen aan te dragen. Het resultaat: de huidige kaasmakerij is dertig tot veertig procent energiezuiniger per kilo kaas dan de oude.
“Liever twee kazen te weinig dan één kaas teveel”
Slimme technieken
Er zijn tal van slimme technieken toegepast. Zo moet de melk die rechtstreeks vanuit de boerderijen binnenkomt, eerst worden ontroomd. Dat gebeurt in een centrifuge, of liever gezegd: in een vacuümcentrifuge. Omdat deze ronddraait zonder weerstand, is er minder energie nodig. Daarna wordt de koude melk verhit, en weer gekoeld. Door buizen met nieuwe koude melk langs buizen met hete melk te laten lopen, wordt er aan twee kanten energie bespaard. De hete melk koelt immers ‘gratis’ af door de koude melk, en de nieuwe koude melk wordt eveneens ‘gratis’ alvast opgewarmd door de hete melk. Deze zogeheten warmtewisseling loopt als een rode draad door het hele proces van kaas maken. Nóg een voorbeeld: melk bestaat voor zo’n 90 procent uit water. Bij het kaas maken wordt de vaste stof (de wrongel) gescheiden van het vocht (de wei). Door de wei goed te filteren, blijft er redelijk zuiver water over. Ideaal om de kaasmakerij mee schoon te maken! De wrongel gaat uiteindelijk als kaas het kaaspakhuis in om te rijpen. Veertien graden is daar de perfecte temperatuur. De slimste plek van het kaaspakhuis? Juist, onder de grond!
Operational excellence
“Je kunt wel een extreem zuinige auto hebben, maar als je per ongeluk steeds omrijdt, dan ben je vanwege die extra kilometers toch nog energie aan het verspillen”, legt De Jager uit. “Daarom gaan wij in de kaasmakerij voor operational excellence. Dat is behalve energiezuinige machines vooral een kwestie van gedrag en keuzes. Een storing niet voorkomen of niet snel oplossen terwijl de hele productielijn in vol bedrijf is, is verloren energie. De verkeerde kaas maken is verloren energie. Te veel kaas maken is verloren energie. We maken daarom ook niet meer kaas dan de markt van ons vraagt. En op het moment dat we daarmee klaar zijn, dan gaat wat mij betreft het licht uit en de deur dicht.” Deze strakke combinatie van technieken en maatregelen levert grote winst in duurzaamheid op. Maar daarmee zijn de ambities niet klaar. De Jager: “Mijn doel is dat we elk jaar, afgemeten in gigajoule per ton kaas, 2 procent minder energie verbruiken.”
Duurzame werkgever
Voor het succesvol bereiken van én de lekkerste kaas én de meest efficiënte productie is de kwaliteit van de kaasmakers uiteraard cruciaal. Binnen CONO loopt daarom het continu verbeterprogramma TOPP. Onderdelen zijn onder meer bewustwording van iedereens eigen aandeel in duurzaamheid. En scherpe analyses, zodat duidelijk is of een verstoring in techniek of in gedrag zit, zodat adequaat kan worden bijgestuurd. “Het mooie is dat vanwege deze duurzame opstelling ook heel veel jonge mensen bij ons willen werken”, signaleert De Jager. “Duurzaamheid is helemaal van deze tijd. Wij weten dat ook nog eens te verbinden aan een mooi natuurlijk product. Als CONO willen we een aantrekkelijke werkgever zijn waar mensen worden uitgedaagd en zich duurzaam kunnen ontwikkelen. Onze klimaatneutrale kaasmakerij is inmiddels hard op weg om één van de beste werkgevers van Noord-Holland te worden.”